Column Hans Knot: Ontspanningsruimten in de jaren zestig en zeventig vorige eeuw
In elke stad of dorp had je ze wel, de speciale zalen die gericht op vooral het geloof, waren bestemd voor ontspanning, vermaak en de boodschap over te brengen. In Groningen was er bijvoorbeeld het Katholiek Leven, een zaal gevestigd aan de Moesstraat, gelegen naast één van de daar in de buurt gevestigde kloosters en waarbij de exploitatie eerst werd gevoerd door de nonnen van dit klooster.
Vanuit de daar achter gelegen scholen werd gebruik gemaakt van ‘Katholiek Leven’ voor de jaarlijkse optreden van de leerlingen van de diverse klassen voor de betreffende ouders. Daarbij dient wel opgemerkt te worden dat eind jaren vijftig, begin jaren zestig, er een duidelijke scheiding was van jongens- en meisjesklassen en dus de optredens ook altijd op andere avonden gescheiden van elkaar werden georganiseerd.
Natuurlijk werd de exploitatie van dergelijke zalen ook mogelijk gemaakt middels het verhuur aan toneelgezelschappen, muziekverenigingen, klaverjasclubs en meer. Ook voor de christelijke verenigingen was er een dergelijke zalencomplex in Groningen, gevestigd aan de Lutkenieuwstraat, genaamd ‘Het Tehuis’. In het jaar 1936 werd het als zodanig in de lokale krant aangekondigd. Het was in de loop der jaren een begrip in Groningen en ook daar was het probleem dat exploitatie niet alleen mogelijk was via bijeenkomsten van geloofsgenoten.
De zalen werden op een bepaald moment volop verhuurd en ikzelf maakte op die manier in 1966 kennis met Het Tehuis omdat de schriftelijke examens van de Cort van der Lindenschool in dit gebouw werden gehouden. Niet veel jaren later, toen ik in dienst kwam van de afdeling Orthopedagogiek van de Rijksuniversiteit Groningen, werden de schriftelijke tentamens van de studenten er deels ook in het complex afgenomen en werd er door de medewerkers bij toerbeurt surveillance uitgevoerd.
Maar ook andere vormen van samenkomen waren mogelijk in Het Tehuis aan de Lutkenieuwstraat. Zo waren de Plattelandsvrouwen jarenlang met regelmaat aanwezig. Deze organisatie werd als ‘Afdeling Groningen en Omstreken van den Bond van Plattelandsvrouwen’ op 16 januari 1947 opgericht en was voornamelijk bedoeld als gezelschapsvereniging, waar op een ontspannen manier over een diversiteit aan onderwerpen kon worden gepraat. Tot in het jaar 2000, toen de vereniging werd opgeheven, kwamen de leden bijeen in Het Tehuis.
Op zaterdag 5 juni 1971 werd er van ’s ochtends tien tot ’s avonds tien uur muziekgemaakt in het gebouw door leerlingen van de muziekscholen van Groningen, Delfzijl, Leek, Veendam en Winschoten. Het muzikale treffen werd georganiseerd door het Provinciale Contactorgaan Muziekscholen waarbij haar voorzitter, mr. Th. P Zwart, die dag Het Tehuis ‘een huis van muziek’ kroonde.
Het Nieuwsblad van het Noorden kwam er de volgende maandag op terug door onder meer te melden: ‘Het hele gebouw trilde van het gezang, gestrijk, gedrum, getoeter en getokkel. Op vijf manieren beoefende de, in een rijkdom aan minirokjes, hot pants en Wrangler pakken gestoken menigte de muziek.’ Dixieland, jazz, klassiek en popmuziek, alles werd die zaterdag ten gehore gebracht.
Tijdens de diverse uitvoeringen werden er radio-opnames gemaakt door zowel de RONO (Regionale Omroep Noord en Oost) als door de VPRO. Maar ook de politiek wist het gebouw en de mogelijkheden te vinden. Zo was de toenmalige Communistische Partij Nederland, afdeling Groningen, een regelmatige huurder van een of meerdere zalen. Ook het COC huurde er ruimte, hoewel in eerste instantie toegang werd geweigerd omdat andere huurders zich aan de aanwezigheid van deze club zouden kunnen storen. Popmuziek was er ook, zo trad de toen bekende lp groep Alquin er in februari 1975 op, waarbij de entree zeker laag kon worden genoemd daar een kaartje maar f 6,50 kostte. Het concert werd georganiseerd door de mensen achter de Stichting Revendel, die in eerste instantie bijeenkomsten organiseerde met een toegangsprijs van f 5,00. Een optreden van Barend Servet en Sjef van Oekel was echter met f400,-- verliesgevend geworden, waardoor de prijzen omhoog dienden te gaan. Ook is er nog een tijd een Mensa gevestigd geweest in een van de zalen waarbij het mogelijk was, via zelfbediening, een warme maaltijd te nuttigen.
Zo maar een paar voorbeelden van een ontspanningsruimte, waarvan er in elke grote gemeente wel een aantal aanwezig was in voornoemde periode. Het Tehuis werd in het jaar 2005 gesloopt en inmiddels staan al een paar jaren appartementen op de plek waar eens vele organisaties ruimtes huurden.
Hans Knot, 6 april 2019
- 2
2 Opmerkingen
Aanbevolen antwoorden