Spring naar bijdragen
Wat fijn dat je Radiotrefpunt bezoekt! Dank daarvoor. Het onderhoud en beheer van de community kost geld. Help ons hiermee. Steun Radiotrepfunt en doneer. Alvast bedankt. ×

Doorzoek de gemeenschap

Toont resultaten voor tags 'wim kan'.

  • Zoeken op tags

    Voer tags gescheiden door een komma in.
  • Zoek op auteur

Soort bijdrage


Forums

  • Radio
    • Nederland
    • België
    • Verenigd Koninkrijk
    • Overige landen
    • LPAM (kleinvermogen AM)
    • Zeezenders
    • Radio Veronica
    • Radiovormgeving
    • Radiotechniek
  • Overig
    • MediaPages
    • Stamtafel
    • Help
    • Mededeling
    • Niet geregistreerde gebruikers

Blogs

  • Column
  • Nederland
  • Dossier
  • Recensie
  • België
  • Hitnoteringen
  • Testblog
  • Radio Erfgoed
  • Overige landen
  • Afspraken van Beheerders
  • Afspraken van Hitnoteringen
  • Blog van Radiotunes

Vind resultaten in...

Vind resultaten die bevatten...


Datum aangemaakt

  • Start

    Einde


Laatst bijgewerkt

  • Start

    Einde


Filter op aantal...

Geregistreerd

  • Start

    Einde


Groep


Website


Facebook


Twitter


Skype


Woonplaats


Interesses

2 resultaten gevonden

  1. Als ik andermaal een column wil gaan schrijven, gaat er altijd veel onderzoek aan vooraf en wordt er nagedacht over allerlei zaken die in het betreffende jaar – in dit geval 1958 – gebeurden. Ik probeer een keuze neer te zetten aan onderwerpen, die met de toestand in de wereld hadden te maken, sport en amusement en eigen belevenissen. Deels wordt er gebruik gemaakt van het materiaal dat ligt opgeslagen in het Knot Archief. Een aantal stellingen vol met oude tijdschriften, boeken, naslagwerken en plakboeken, maar ook de persoonlijke herinneringen, die al nadenkend boven komen borrelen. En als het dan om 1958 gaat dien ik toch toe te geven dat het dit keer heel moeilijk was om direct een aantal herinneringen op te roepen uit eigen beleving. Ik was toen negen jaar jong en besef me dat rond die tijd het spectrum, waarin je dingen beleefde, wijder begon te worden. Als jongen ging je verder weg het spel beleven, je vrienden opzoeken en de ‘wereld’ ontdekken. Uiteindelijk komen dan de nodige dingen terug in de beleving. 65 jaar geleden was Afghanistan nog een koninkrijk onder leiding van koning Mohamed Sahir en had de regering ambitieuze plannen om de kolenproductie, die vooral in het noorden van het land plaats vond, drastisch op te voeren zodat meer en meer mensen er economischer erop vooruit zouden kunnen gaan. De gedolven kolen konden weer van nut zijn ten bate van de textiel en cementindustrie in en in de omgeving van de hoofdstad Kaboel. Met behulp van de Sovjet regering, die met haar troepen het land in 1979 ging bezetten, werd de afspraak gemaakt dat gezamenlijk onderzoek zou worden verricht naar de aanwezigheid van petroleum in de bodem van het land. Ook met andere Oostbloklanden werden afspraken gemaakt op het gebied van handel, zoals met Polen en het toenmalige Tsjecho Slowakije. Een bedrijf uit laatst genoemd land kreeg de opdracht een groot telefoonnet in Afghanistan aan te leggen. Vanuit de VS werd 7 miljoen dollar, een enorm bedrag voor die tijd, beschikbaar gesteld ter verbetering van wegen om het binnenlandse transport te moderniseren. En de eigen kennis in het land diende omhoog te worden gevoerd, waarvoor een verdrag met de VS werd afgesloten tot opleiding van studenten in de VS en uitwisseling van professoren. 65 jaar later is het land nog armer en meer verscheurd dan destijds in 1958. Denkende aan de snelheid van de communicatie, die er plaatsvindt als er weer iets ernstigs gebeurd in het land bracht me terug naar af. Wordt anno 2023 een Nederlander getroffen in het land, dan staat het binnen luttele minuten via een berichtgeving op teletekst, internet, is de slechte tijding tevens te horen via de radio en te zien via de televisie en wordt het via de sociale media ook wijds verspreid. Dat was in 1958 heel andere koek. Vaak werden we via de NTS dagen later geïnformeerd over een gebeurtenis via een filmverslag, dat per vliegtuig uit het land van gebeuren was toegestuurd. Satellieten en andere vormen van telecommunicatie, het snelle internet en een grote hoeveelheid aan kranten was er niet. Maar toch namen we met tevredenheid de nieuwsgaring tot ons. 1958 was ook het jaar dat Fidel Castro op pad ging om zijn Cuba onder zijn heerschappij te krijgen. De in 1927 geboren Fidel Castro maakte op 17 september 1958 bekend dat zijn opstandelingen leger andermaal een opmars was begonnen om Cuba te willen bevrijden van dictator Batista. Hij had al eerdere pogingen ondernomen elders aan opstanden deel te nemen. Als zoon van een rijke suikerplanter was hij elf jaar eerder betrokken bij de mislukte opstand in de Dominicaanse Republiek. Drie jaar later, inmiddels afgestudeerd, begon hij zijn eigen advocatenpraktijk in Havana, de hoofdstad van Cuba. Hij was vooral geliefd door de armen, voor wie hij het altijd weer op nam. Enkele jaren later, in 1953, leidde hij al een opstand tegen president Batista, een strijd die werd verloren. Voor Fidel Castro betekende dit dat hij berecht werd en een gevangenisstraf van 15 jaren werd opgelegd. Maar twee jaar later werd hij al begenadigd en besloot hij Cuba te ontvluchten. De Verenigde Staten werd tijdelijk zijn nieuw thuisland, om niet veel later naar Mexico te gaan. In 1956 was het dat Fidel Castro, ondersteund door een aantal getrouwen, een invasie op Cuba uitvoerde en als guerrillastrijder de provincie Oriente onder zijn beheer opeiste. Vroeg in 1958 riep hij het hele volk van Cuba op om in opstand te komen, wat in eerste instantie mislukte. Echter eind december 1958 was het doel van zijn guerrilla, het in de handen krijgen van de macht op Cuba met als doel het communisme in te voeren, bijna bereikt. Op 1 januari 1959 vluchtte Batista en kon Castro zijn macht gaan uitoefenen en zijn volk gaan onderdrukken. Een stukje radio brengt ons terug naar de cabaretier Wim Kan die eens aan zijn toenmalige producer en vriend toevertrouwde dat hij eigenlijk wel eens op oudejaarsavond een radioprogramma wilden gaan brengen. Hierbij wilde Kan voor een klein publiek het voorafgaande jaar binnen een uur beschouwen. Die producer was Wim Ibo en hij legde het idee in 1954 voor aan de redactie van de VARA. Maar, zoals heel normaal in die tijden, wilden de omroepbazen alle uit te zenden teksten vooraf zien. Censuur van de bovenste plank dat Wim Kan op geen enkele wijze wenste toe te staan. Na lang onderhandelen ging de VARA alsnog akkoord en kon Wim Kan zijn gang gaan. Een uurtje radio, uiteraard met een enorme voorbereiding, leverde hem destijds toch even duizend harde guldens op. Pas in 1958 was Wim Kan andermaal op de radio te beluisteren met een Oudejaar Conference. Hij zou het nog tweemaal herhalen voor de publieke omroep via de radio, in 1960 en 1963. Later zouden er televisieversies komen. Een groot deel van de Nederlandse radiobezitters zat met de familie om de tafel geschaard, al dan niet met de nodige pinda’s, die gepeld dienden te worden en natuurlijk de nodige warme oliebollen, om te horen hoe Wim Kan de politiek en misschien ook het door hem geliefde rode nest lichtelijk zou bevuilen. En het gegeven dat er in 1958 in een Amsterdamse zaal slechts een klein publiek was maar Kan wel op het podium werd vergezeld van een woud aan microfoons leidde tot de volgende uitspraak tijdens de conference: ‘Maar ik ben er heus niet zenuwachtig door, hoor! Nee, ik ben echt niet zenuwachtig. Wat fout is knippen ze er straks toch lekker uit! Er kan mij niets gebeuren!’ https://youtu.be/H-2I-xgG4oI Hans Knot, 28 januari 2023
  2. Het is zaterdag 8 januari 2022 en dan mag het zeker nog: allen heel veel voorspoed in het nieuwe jaar en hopelijk komen we snel uit de lockdown en gaan we vervolgens een betere tijd tegemoet, waarin we geen dierbaren in het ziekenhuis zien opgenomen of dienen te verliezen. In deze eerste column van het jaar 2022 neem ik je mee naar 45 jaar terug in de tijd en de maand januari 1977. Het lijkt allemaal nog dichtbij maar voor vele lezers is dit toch lang geleden. Het was een andere tijd met andere regels en nog immer belemmeringen in een andere vorm als heden ten dage gebruikelijk zijn. Zo was, ik val in herhaling, een tijd dat het televisieaanbod aanmerkelijk minder was dan we al jaren gewend zijn en werd de inhoud van de programma’s dan ook scherper in de gaten gehouden. Zo was er de stichting SEBA, een auteursrechtenbureau van de VVL vakbond van Schrijvers, dat een klacht indiende bij de officier van Justitie in Amsterdam. In de klacht werd tevens een verzoek neergelegd tot vervolging van de NCRV. Deze omroep had namelijk op 12 december 1976 een televisiespel uitgezonden onder de titel ‘Ver van huis’ en in de aankondigingen in de omroepbladen en kranten werd melding gemaakt van het feit dat het spel een idee was van de Amsterdamse schrijver Sander Joosten. Onderzoek uitgevoerd door mensen van de SEBA had echter uitgewezen dat deze Sander Joosten helemaal niet bestond. Verder was men bij SEBA van mening dat het script wel heel veel leek op het jaren eerder geschreven verhaal ‘Het duistere bloed’ van Johan Fabricius, waarvan de eerste druk verscheen in 1954. De bewerking werd in opdracht van Wim Hazeu, destijds hoofd drama van de NCRV-televisie, gemaakt door Peter van Gestel, aanvankelijk bijgestaan door Andre Kuyten. Al in april 1976 verbood Johan Fabricius de uitzending van de bewerking, die hij schadelijk achtte voor zijn goede naam als schrijver. Hij bood aan samen met Yvonne Keuls een nieuwe bewerking te maken, maar op dit aanbod werd niet ingegaan. De uitzending tegenhouden was niet meer mogelijk en het liep met een sisser af. Onder supervisie van Wim Hazeu kwamen veelbekeken televisie feuilletons naar bekende boeken tot stand zoals ‘Bartje’, ‘De koperen tuin’, ‘Sil de strandjutter’ ‘Wierook en tranen’ en ‘Klaaglied om Agnes’. Naast seriespelen produceerde hij maandelijks een zogenaamde single drama. waar onder ‘Het duistere bloed’ van Johan Fabricius. En 1977 kan zeker nog worden gerekend tot de semi conservatieve jaren want op 5 januari van dat jaar werd bekend dat de toenmalige minister Dries van Agt, destijds verantwoordelijke man voor Justitie, vast hield aan de acties tegen de porno filmindustrie. Hij vond dat hij het recht bleef behouden strenger op te treden tegen de producenten en verkopers van pornografische films. Hij stelde dat artikel 240 van het wetboek voor Strafrecht nog steeds van kracht was, waarin de aanstotelijkheid van de eerbaarheid werd omschreven. Hij reageerde onder meer op vragen die te maken hadden met een in 1976 aangenomen wetsontwerp van de Tweede Kamer leden Voogd en Haas-Berger, waarmee de filmkeuring voor personen ouder dan 16 jaar werd afgeschaft. Hij stelde dat artikel 240 onverlet diende te worden gehandhaafd. Het antwoord kwam op vragen van twee Tweede Kamerleden, afkomstig uit de socialistische hoek, waarin gevraagd of het besluit om ongekeurde filmvoorstellingen in zalen met meer dan 50 zitplaatsen te verbieden, niet in strijd waren met de toenmalige wijzigingen in de filmkeuring wet. Van Agt voelde er dus niets voor om artikel 240 aan te passen. Ondertussen werd er in allerlei winkels, gespecialiseerd in erotische artikelen, volop en van onder de toonbank, erotische films verkocht aan diegene die er behoefte aan hadden. Zoals destijds gebruikelijk dienden de omroepen in Nederland de meest recente cijfers bekend te maken als het ging om het aantal leden die voldeden aan de toenmalige omroepwet. Het bleek dat de AVRO andermaal de winnaar was op 31 december 1976 met 782.323 leden. Maar tevens kon men stellen dat deze omroep ook een verliezer was want in dat jaar verloor men tevens 33.000 leden, terwijl de andere omroepen winst boekten als het ging om het aantal leden. Alleen de aspirant omroep VOO, die nog maar een jaar in omroepland actief was, had nog geen recente cijfers overlegd. Dan maar even een verder lijstje van de andere omroepen. Op de tweede plek eindigde de TROS met 705.000 leden met een aanwas van 48.920 en de KRO op de derde plek met 584.494 leden en dat was 25.994 meer als in 1975. Op de vierde plek eindigde de VARA met 520.000 leden dat een winst van ruim 39.000 betekende. Op plek 5 was er ruimte voor de NCRV dat meldde dat men 488.166 leden had en liefst 56 leden meer had dan in 1975. De EO directie maakte bekend dat er rond de 4000 nieuwe leden zich hadden aangemeld en men rond de 155.000 betalende leden had, waaronder vele zogenaamde tientjes leden. Ditzelfde was eigenlijk ook zo met nummer laatst in de lijst, de VPRO, die 154.272 leden telde op 31 december 1976 met een jaarwinst van 5740. Kijkcijfers waren in die tijd aanzienlijk hoger dan nu omdat er maar weinig televisie aanbod was. In januari 1977 waren er in Nederland rond de 13,8 miljoen inwoners en meer dan 50% van deze groep keek op Oudejaarsavond naar het conference van Wim Kan, namelijk 7.4 miljoen kijkers. Kan haalde daarmee het hoogste kijkcijfer voor een televisieprogramma in het jaar 1976. Ook het waarderingscijfer dat werd gegeven was hoog, namelijk 85. De gegevens kwam voort uit een voorlopig tellingsresultaat bekend gemaakt door de Dienst Luister en Kijk Onderzoek van de NOS. Drie jaar eerder trok Wim Kan 6.6. miljoen kijkers maar lag het waarderingscijfer nog even hoger, namelijk 88. Je zou dus zeggen dat een hoog aantal kijkers naar een dergelijk programma, gevuld met humor, veel optimisten zou doen lachen. Uit een Gallup Onderzoek, uitgevoerd in 11 landen, kwam in januari 1977 naar voren dat de Nederlanders het meest pessimistisch waren. Zo zouden ze het minst geloven dat het hen beter ging in 1977, terwijl ze er het meest van overtuigd waren dat in dat jaar de prijzen drastisch gingen stijgen. Het waren cijfers die betrekking hadden op de ondervraagde groep landgenoten, waarvan weer 13% er wel van overtuigd was dat in het toenmalige nieuwe jaar men vooruitgang zou gaan boeken. Na Nederland kwam Japan met 18% en het meest opmerkelijke aan de lijst was wel dat de West Duitsers het minst pessimistisch bleken met een 51% van de in dat land ondervraagden die geloofden dat het hen in 1977 wel goed zou gaan. Daar tegenover stond dat 40% van de ondervraagden in dat land de mening had dat het hen slechter zou afgaan. Dat aantal lag bij de Nederlanders op 29% terwijl er 58% van de ondervraagden geen antwoord wist dan wel het niet wenste te zeggen. Als het ging om de te verwachten stijgende prijzen van producten was 92% van de Nederlandse deelnemers ervan overtuigd dat dit zou gaan gebeuren. De Engelsen haalden op dit deellijstje de tweede plek met 90%. De ondervraagden in Canada en Zwitserland geloofden het minst in het dieper in de beurs dienden te tasten met beiden 66%. Op tal van andere onderwerpen werden de deelnemers in de elf landen ondervraagd maar het zou te ver gaan deze allemaal in deze nostalgische terugblik op te nemen. Januari 1977 brengt ons nog veel meer aan herinneringen, waarover een volgende keer meer. Hans Knot, 8 januari 2022
×
×
  • Nieuwe aanmaken...

Belangrijke informatie

Door gebruik te maken van deze website ga je akkoord met Gebruiksvoorwaarden, Privacybeleid en Richtlijnen.